Een relais is een soort elektromechanische schakelaar die wordt gebruikt in voedingen, telsystemen en vele andere toepassingen. Het wordt gebruikt om met een kleine stroom een grote stroom te regelen. De meeste relais hebben een kleine continue spanning nodig om aan te blijven. Een vergrendelend relais is anders. Het gebruikt een puls om de schakelaar te bewegen en blijft vervolgens op zijn plaats, waardoor de behoefte aan elektriciteit enigszins wordt verminderd.
Het houdrelais heeft een kleine metalen strip die tussen twee aansluitingen kan draaien. De schakelaar is gemagnetiseerd of bevestigd aan een kleine magneet. Aan weerszijden van die magneet bevinden zich kleine draadspoelen die elektromagneten worden genoemd. De schakelaar heeft een ingang en twee uitgangen op de klemmen. Het kan worden gebruikt om één circuit in en uit te schakelen, of om de stroom tussen twee verschillende circuits te schakelen.
De twee spoelen worden gebruikt om het relais aan te sturen. Wanneer er elektrische stroom in de spoelen vloeit, ontstaat er een magnetisch veld, dat weer wordt uitgeschakeld als dat wel het geval is. Omdat de magneetstrip tussen de twee spoelen hangt, is deze ook onderhevig aan hun magnetisch veld. Wanneer het circuit een elektriciteitspuls door de spoelen genereert, duwt het de schakelaar van de ene naar de andere kant. De strip blijft daar totdat hij een magnetische puls in de tegenovergestelde richting ontvangt, waardoor de schakelaar terug naar de andere terminal wordt gedrukt.